
Als je geheel opgaat in de gelukzaligheid (ananda) van de Heer, dan heb je ook de beschikking over alle mindere vreugden. Als je diep in zee duikt, moet je parels zoeken; als je naar de wensboom (kalpavriksha) gaat, vraag dan om de hoogste gelukzaligheid. Hunker niet naar iets kleins als het allergrootste met een beetje meer inspanning verkrijgbaar is. Er is in de mens een natuurlijke hunkering om één met het onmetelijke, het hoogste, het oneindige te worden, want in de diepte van zijn hart zetelt datzelfde Allerhoogste. Het is als het kalfje dat hunkert naar de koe. Ieder kalf kent zijn eigen moeder. Je kunt duizend kalveren en duizend koeien hebben; als je de kalveren loslaat, zal elk zijn eigen moeder vinden. Zo moet ook jij weten waar je de voeding en steun die jou van nature toekomen kunt halen. Ze zijn alleen verkrijgbaar bij God, van wie je bent gekomen.
– Sathya Sai Baba, 20 februari 1966
© Vertaling Sathya Sai International Organisation – Nederland
Wat je van God, die sat-chit-ananda is, moet verlangen is sat-chit-ananda (zijn-bewustzijn-gelukzaligheid), geen onbeduidende dingen die betrekking hebben op de wereld. – Baba







Você precisa fazer login para comentar.