
Net als Vivekananda en Nag Mahasaya (beiden discipelen van Ramakrishna Paramahamsa) moeten mensen gedreven worden door het verlangen om de Schepper achter de schepping, de persoon achter de marionetten, te leren kennen. Nag Mahasaya begon vanuit de houding van: ‘Ik ben de dienaar’ (Dasoham) en hij maakte zich zó klein door zijn persoonlijkheid te doen krimpen, dat hij in staat was zich uit de ketenen van illusie los te wringen en naar de universele eeuwige Waarheid te ontsnappen. Vivekananda daarentegen begon vanuit de houding van: ‘Ik ben Hem’ (Soham); hij maakte zich zó groot en verheven dat hij de ketenen verbrak en in de hoogste Waarheid opging. Wanneer je die wijsheid (jnana) – het besef van de eenheid tussen je eigen werkelijkheid en de werkelijkheid achter het universum – hebt verworven, dan kun je niet meer door illusie worden beïnvloed. Een vlieg strijkt neer op alles, schoon of smerig, maar niet op vuur, want dan zou hij verbranden.
– Sri Sathya Sai, 4 oktober 1965
Vertaling Sri Sathya Sai International Organisation – Nederland
Vul je hart met liefde. Dat is de enige manier waarop je de eeuwige waarheid van God kunt bereiken. – Baba
Você precisa fazer login para comentar.