Dutch, 20.aug.25

Vóór het begin van deze bijeenkomst werd de jyoti (licht, vlam, lamp) door Swami aangestoken. Niets anders symboliseert goddelijkheid zo goed als deze heilige, stralende vlam. Hij gaat altijd omhoog. De lamp kan overal neergezet worden. Overal waar hij brandt, verdrijft hij de duisternis. Sinds de oudheid houden de mensen van Bharat zich aan de heilige gewoonte om aan het begin van een gunstige ceremonie een lamp aan te steken. Ze aanbidden de jyoti omdat het licht de duisternis verdrijft en symbool staat voor de uitstraling van wijsheid. Zo’n heilige gewoonte, die sinds mensenheugenis een onderdeel is van de Indiase cultuur, wordt tegenwoordig veronachtzaamd. Mensen geven zich over aan praktijken die in strijd zijn met dergelijke tradities. Als je de betekenis van deze gewoonte en de gedachte achter het aansteken van de lamp begrijpt, kun je goddelijkheid begrijpen. Om de lamp aan te steken heb je vier dingen nodig: een houder, olie, een pit en een lucifer (vuur). Op dezelfde manier heb je, om de duisternis vanbinnen te verdrijven, de jyoti van Wijsheid nodig. Alleen door het licht van de goddelijke lamp in je kun je tot een waardevol mens opbloeien. Innerlijke zuiverheid is de grootste rijkdom die je kunt verwerven. Deze innerlijke zuiverheid is de pit in de houder van het hart. Toewijding is de olie en goddelijke genade is het vuur waarmee de lamp van wijsheid kan worden aangestoken. De voornaamste vereiste voor de verwerving van goddelijke genade is harmonie in gedachte, woord en daad.
– Sri Sathya Sai, 8 juli 1995

© Vertaling Sri Sathya Sai International Organisation – Nederland


Als je de liefde van God ook maar in de geringste mate verdient, zul je oneindige vreugde ervaren. – Baba