
Brahmanda, de macrokosmos, wordt beschouwd als de Kosmische Vorm (Virata Svarupa) en de microkosmos wordt beschouwd als de atoomkern. Dit is een onjuiste opvatting. Wat in het atoom aanwezig is, is in de kosmos aanwezig. Er is geen verschil tussen de twee. Een zaadje draagt het vermogen in zich om een grote boom te worden. De Kosmische Vorm is niet zomaar een ophoping van verschillende objecten. Het duidt niet op het ene in het vele. Kosmische Vorm betekent dat wat alles in zich draagt, waarin alles is vervat. Je kunt de grote boom niet in het nietige zaadje zien. Op dezelfde wijze is de macrokosmos in de microkosmos van de atoomkern vervat. Net zo is de in God (macrokosmos) aanwezige goddelijkheid in subtiele vorm aanwezig in de mens, zoals vuur aanwezig is in een lucifer. Je kunt geen vuur uit een vochtige lucifer krijgen. De mens is gevuld met het vuur van goddelijke wijsheid en heiligheid. Dat vuur is echter niet waarneembaar, ondanks geestelijke discipline, strenge boetedoening en veel goede daden. De reden hiervoor is dat de geest vochtig geworden is door het gevoel van ‘ik’ en ‘mijn’ (ahamkara en mamakara). Pas als deze vochtigheid door de zonneschijn van onthechting (vairagya) is weggenomen, wordt een verlicht leven mogelijk.
– Sri Sathya Sai, 23 november 1992
© Vertaling Sri Sathya Sai International Organisation – Nederland
De (olie)lamp schijnt dankzij God. De kracht van de wind die de lamp kan uitblazen komt ook van God. – Baba
Você precisa fazer login para comentar.