Dutch, 17.dec.24

Hetzelfde luchtruim is boven ieders hoofd; dezelfde aarde draagt ieders voeten; dezelfde lucht komt in ieders longen. Dezelfde God bracht iedereen voort, brengt iedereen groot en brengt deze aardse loopbaan tot een einde. Waarom dan toch deze onmenselijke rol van vijandigheid en fanatisme, strijd en onenigheid? In de Gita heeft de Heer verklaard: ’Ik ben het zaad van alle wezens’ (Bijam mam sarva bhutanam). De boom is een omvangrijke massa bladeren en bloemen, vruchten en groen – een uitwaaierend stelsel van stam, takken en twijgen. Dat alles is uit één enkel zaadje gegroeid. En elke vrucht van die boom heeft dezelfde soort zaden in zich. Sta eens even stil bij de magnifieke veelheid van het leven, al zijn rijke verscheidenheid van sterk en zwak, prooi en jager, angstig en opgetogen, kruipend, sluipend, vliegend, drijvend, lopend, hangend, gravend, duikend, zwemmend – heel deze ontelbare verscheidenheid van geschapen wezens, voortgekomen uit het zaad (bijam, God) en elk ervan heeft weer dat zaad in zich! Maak je een voorstelling van deze immanente goddelijkheid; je wordt dan nederig, wijs en vol liefde.
– Sathya Sai Baba, 12 mei 1970                                         
                                                                                                                                      
© Vertaling Sathya Sai International Organisation – Nederland


Om eenheid te bereiken moet je zuiverheid ontwikkelen. Door zuiverheid word je je bewust van God. – Baba