
Alleen maar mantra’s zingen of Gods naam herhalen heeft geen zin. We moeten ons bezighouden met Gods werk, zoals ik jullie al een aantal keren heb verteld. Toen Hanuman in Lanka was, raakte hij bevriend met Vibhishana. Tijdens hun gesprek zei Vibhishana verdrietig: ‘Hanumanta, je hebt echt geluk. Je bent onafgebroken bezig met diensten voor Rama en bent daardoor zijn genade waard. Ik heb nu al jaren de naam van Rama herhaald, maar heb nog steeds niet zijn aanwezigheid (darshan) mogen ervaren.’ Hanuman stelde hem prachtige vragen: ‘Vibhishana, je zingt Rama’s naam, maar ben je ook betrokken bij Rama’s werk? Hoe kun je zonder voor Rama te werken genade verwachten? Het is nu al weken geleden sinds Moeder Sita als gevangene naar Lanka werd gebracht. Is het dienen van Sita niet een waardevolle dienst voor Rama? Ben je wel eens naar het Ashoka-hof gegaan om haar te troosten? Heb je haar ook maar één keer ontmoet? Heb je jezelf op de hoogte gebracht van haar problemen en stappen ondernomen om haar van gemakken te voorzien? Ieder haartje van mij zegt Rama! Maar ik houd het daar niet bij. Ik offerde mijn leven aan Rama. Ik houd mij bezig met handelingen die hem dierbaar zijn, dag en nacht.’ Daarom is de les: ‘De naam van Rama in het hart; het werk van Rama in de hand’ (Dil me Ram, hat me kam). Dit is de manier om ons leven aan de Heer te offeren.
– Sathya Sai Baba, Summer Showers 1991, 21 mei
© Vertaling Sathya Sai International Organisation – Nederland
Zowel het zingen van Gods naam als dienstverlening moeten met een hart vol liefde worden gedaan. – Baba
Você precisa fazer login para comentar.