
We kunnen ons afvragen hoe iemand die in relatieve kennis is verzonken, zich bewust kan worden van het Atma (het hogere Zelf). Maar er is geen reden om te wanhopen of om onszelf te veroordelen door te denken dat we gemeen en laaghartig zijn. Want wanneer nietige mensen grote beslissingen nemen, krijgen ze aanmoediging van de groten. Toen de kleine eekhoorn besloot om mee te helpen met het bouwen van de doorgang over de zee, ontving hij toen niet de zegeningen van Rama? De eekhoorn wist dat zijn hulp slechts oneindig klein kon zijn, maar het gevoel van toewijding dat hem ertoe aanzette, won de genade van God. Mensen sublimeren echter geen kleine spirituele inspanningen door een hoog doel. Ze houden zich bezig met bhajans, aanbidding en meditatie, maar dit zijn lichamelijke oefeningen. De geest verheft ze niet tot oprechtheid en loopt niet over of straalt van enthousiasme. Dus blijven ze op het menselijke niveau. Ze stijgen niet tot het niveau van het goddelijke op. ‘Kan er een heel meer worden gevuld als er een beetje regen valt? Kan dorst worden gelest met speeksel? Kan de buik vol zijn als de ademhaling wordt ingehouden? Kunnen er gloeiende sintels worden verkregen door brandende grassprieten?’ vraagt een dichter. Er moeten houtblokken worden verbrand als er houtskool nodig is; alleen plensbuien kunnen een meer helemaal vullen; alleen een glas koud water kan iemand van dorst genezen, niets minder. Het hart moet volledig worden geofferd. Toewijding moet het hart verzadigen en doen overstromen.
– Sri Sathya Sai, 8 januari 1983
© Vertaling Sathya Sai International Organisation – Nederland
Edelstenen moeten diep onder de grond worden gezocht; ze zweven niet in de lucht. Zoek God in de diepten binnenin je, niet in de verleidelijke, veranderlijke natuur. – BABA
Você precisa fazer login para comentar.